De snelheid waarin een bepaald muziekstuk wordt uitgevoerd
Tempo
De snelheid waarin een bepaald muziekstuk wordt uitgevoerd
Tempo
INFO
Tempo verwijst naar de snelheid van de muziek. Het is de snelheid waarmee de puls(de 'hartslag' of beat) van het muziekstuk wordt uitgevoerd.
Het tempo heeft een enorme invloed op het karakter en de sfeer van een muziekstuk:
Een snel tempo (Allegro) kan een opgewekte, vrolijke of spannende sfeer creëren.
Een langzaam tempo (Largo) kan de muziek rustig, plechtig of droevig doen klinken.
Traditioneel worden de meeste tempobepalingen uitgedrukt in Italiaanse termen. Hieronder kan je de belangrijkste termen vinden, geordend van langzaam naar snel:
Largo (=Breed, zeer langzaam)
Adagio (=Langzaam)
Andante (=Gaande, matig (zoals een wandeltempo))
Moderato (=Matig)
Allegro (=Vrolijk, snel)
Vivace (=Levendig, vlug)
Presto (=Zeer snel)
Naast de algemene Italiaanse termen zijn er twee methoden om het tempo nauwkeurig vast te leggen:
De meest precieze manier om het tempo aan te duiden is met het Metronoomgetal (afgekort M.M., naar de uitvinder Maelzel).
Het metronoomgetal geeft aan hoeveel beats (pulsen) er per minuut moeten zijn.
Notatievoorbeeld: M.M. ♩=120
Betekenis: De vierde noot (of kwartnoot) (♩) duurt exact zo lang dat er 120 van die noten in één minuut passen. Dit is een vrij snel tempo.
Hulpmiddel: Een metronoom (een apparaat of app) produceert de regelmatige tikken van het metronoomgetal.
WEETJE De eerste mechanische metronoom werd in Amsterdam rond 1812 uitgevonden door de Duits-Nederlandse uitvinder Dietrich Nikolaus Winkel. Johan Nepomuk Maelzel werd echter bekender als metronoombouwer rond 1820, met een verbeterde versie van Winkels uitvinding. Winkel en Maelzel procedeerden over wie de uitvinding op zijn naam mocht schrijven, waarbij Winkel in het gelijk gesteld werd. Desondanks maakte een patent dat Maelzel in Parijs liet registreren hem en niet Winkel door deze uitvinding rijk.
Niet elk muziekstuk houdt zich aan één vast tempo. Soms kan het tempo binnen een bepaald nummer één of meerdere keren wisselen van snelheid. Belangrijke begrippen voor tempoveranderingen zijn:
Accelerando (accel.): Geleidelijk aan sneller worden.
Ritardando (rit.): Geleidelijk aan langzamer worden.
A tempo: Terugkeren naar het oorspronkelijke tempo.
Hieronder vind je een voorbeeld van een mechanische metroon. Vandaag de dag kan je ook gebruik maken van een app op je smartphone om het tempo aan te geven.